Geluk is meetbaar, in vele varianten.
Economische instellingen komen niet alleen meer met ranglijsten van het bruto binnenlands product (bbp), de inflatie en de werkgelegenheid. Ook ‘geluk’ wordt in tal van lijsten becijferd.
‘Het gelukkigst is hij die er het minst prijs op stelt het te worden’, schreef de na-oorlogse Volkskrant-coryfee Godfried Bomans. Dat was nog in de tijd dat aards geluk in de schaduw stond van geluk in het hiernamaals. Nu is iedereen op zoek naar het geluk in de korte tijd die hem of haar rest op de aardbol.
Geluk leek subjectief en niet meetbaar. Maar dat is veranderd. Economische instellingen komen niet alleen meer met ranglijsten van het bruto binnenlands product (bbp), de groei, de inflatie en de werkgelegenheid, maar ook met die van geluk en welzijn.
‘Ik streef naar een geluksindex die zo goed is dat een daling van 2 procent dezelfde paniek veroorzaakt als een daling van het bbp met 2 procent’, zegt Maurits Bruel, mede-eigenaar van adviesbureau De Geluksfabriek en verbonden aan Ehereo, het gelukseconomie-instituut van de Erasmus Universiteit.
Satisfaction economy
De eerste geluksindex is van Nederlandse makelij. Professor Ruut Veenhoven, emeritus hoogleraar ‘sociale condities voor menselijk geluk’ van de Erasmus Universiteit, lanceerde in 1980 al zijn World Database of Happiness, uitkomsten van geluksmetingen per land en de verbanden die er zijn met andere factoren zoals bbp, criminaliteit en sociale cohesie.
Inmiddels zijn daar talrijke indicatoren bij gekomen. Leo Bormans, auteur van de bestseller World Book of Happiness, doet al heel lang geluksonderzoek. ‘De tijd dat onderzoek naar geluk als soft werd beschouwd is gelukkig voorbij’, zegt hij. ‘Ik werk samen met The London School of Economics en dat zijn geen watjes als het over geluk gaat. Het is duidelijk dat we evolueren van een money economy (altijd meer) naar een satisfaction economy (iets trager maar ook iets gelukkiger). Het is dan ook significant dat steeds meer overheden en bedrijven niet alleen meer het economisch rendement in kaart brengen, maar ook hoe het met onze levenskwaliteit en ons geluk is gesteld.’
Vijf factoren
Op geluksgevoel kunnen veel verschillende criteria worden losgelaten. Een indicator is de Happy Planet Index, van de New Economics Foundation die sinds 2006 wordt gepubliceerd. Die meet het welzijnsgevoel van mensen, gecombineerd met de ecologische voetafdruk van een land. Costa Rica staat al jaren op de eerste plaats, gevolgd door Vietnam en een lange reeks van Latijns-Amerikaanse landen. Het straatarme Bangladesh staat nummer elf, ver voor het eerste Europese land (Noorwegen op nummer 28) en Nederland (66).
De Gallup Healthways Well-being Index houdt rekening met vijf factoren: fysieke gezondheid, financiële zekerheid, ambities, sociale kringen en leefomgeving. Hier rolt Panama als gelukkigste land ter wereld uit de bus. In deze lijst staat Nederland 13de – gelijk aan de VS.
Maar er zijn ook indices te vinden die een heel ander beeld schetsen. In het zogenoemde World Happiness Report van de VN bestaat de top-10 uitsluitend uit westerse landen, waarvan acht uit Europa. Denemarken staat op 1 en Nederland op 4.
Trouwen
De Britse denktank Legatum Instituut hanteert een ranglijst met Noorwegen op 1 en Nederland op 9. Criteria hierbij zijn ondernemerschap, persoonlijke vrijheid, gezondheidszorg, economie, onderwijs, sociale zorg, bestuur en veiligheid. Legatum vertelt je hoe je geluk te vergroten. ‘Wees tolerant en respecteer andere standpunten. Los schulden af. Denk aan het milieu. Eet gezond en slaap voldoende. Help anderen. Ga trouwen. Ga om met de buren. Doe vrijwilligerswerk. Geef geld aan liefdadigheid. Stop met tobben. En probeer gelukkig te zijn’.
Maurits Bruel stelt dat de meeste geluksindexen eigenlijk meten of een land voldoet aan het ideaalbeeld van de makers van de index. ‘Sommige meten objectieve levensomstandigheden, sommige meten hoe gelukkig mensen zich voelen en sommige maken een mengsel. Het grootste bezwaar tegen de meeste indices is de arbitraire combinatie en weging van factoren, zoals ecologische voetafdruk en corruptie: hoe maak je daar één index van.’
Maakbaar geluk
Bormans zegt dat geluksgevoel voor een deel maakbaar is. ‘In het algemeen gaat men ervan uit dat ongeveer de helft van ons geluksgevoel vastligt: een combinatie van nature en nurture. Uiteraard speelt daarbij ook de plaats waar je wordt geboren een grote rol. Zo’n 10 tot 20 procent blijkt maar samen te hangen met onze concrete omstandigheden: onze baan, ons inkomen, ons huis, onze iPad. En 30 tot 40 procent blijkt samen te hangen met onze ‘mindset’: de manier waarop we naar de dingen kijken en de kleine acties die we ondernemen om ons leven positief in te vullen. Mensen die zich kleine en grote doelen stellen, zijn over het algemeen gelukkiger dan anderen. Bange mensen minder gelukkig dan open mensen, mensen met de neiging tot perfectionistisch gedrag zijn ongelukkiger en mensen met een hoog reflectief vermogen gelukkiger.
Nederland scoort volgens Bormans goed als het om geluk gaat dankzij de paramaters ‘vertrouwen’ en ‘gelijkheid’. Hoe meer mensen elkaar en de instellingen vertrouwen, hoe beter. Net als gelijke kansen voor onderwijs en ziekenzorg. ‘Bij onderzoek naar het geluk van jongeren staat Nederland soms zelfs helemaal aan de top.’
Bron: Volkskrant